Snowboarder Niek van der Velden zou begin dit jaar in Pyeongchang zijn olympische debuut maken. De jongste afgevaardigde namens de Oranje-equipe (hij was 17) zou ook als eerste Nederlander in actie komen op de Spelen, maar dat liep toch net allemaal even wat anders.
Tijdens de laatste training voor het onderdeel slopestyle kwam Van der Velden hard ten val en liep hij een breuk in zijn rechterarm op. Einde Spelen, nog voordat ze begonnen waren.
Zeven maanden later werkt hij nog altijd aan zijn herstel. “Het gaat hartstikke goed. Ik kan eigenlijk alles doen, al heb ik wel hele kleine beperkingen. Maar daar heb ik amper last van.”
Tijdens een operatie werd de breuk met een plaat aan elkaar gezet. “Die plaat zit er nog steeds en gaat er in mei uit. Daarna zes weken revalideren en dan is het weer zoals vanouds.”
Anderhalve week geleden deed de inmiddels 18-jarige Brabander weer voor het eerst mee aan een wedstrijd: het WK voor junioren in Nieuw-Zeeland. Van der Velden werd op het onderdeel slopestyle gelijk tweede.
“Ik denk een hartstikke goed teken. In februari staat het WK voor senioren op het programma en dan kunnen we echt zien wat deze tweede plaats betekent.”